donderdag 31 december 2009
woensdag 30 december 2009
maandag 21 december 2009
zondag 26 juli 2009
Boterdorpse Verlaat
Avondval bij het Boterdorpse Verlaat, aan de noordrand van Rotterdam, tussen Terbregge en Hillegersberg. De woningen bij de ophaalbruggen over het verlaat, een negentiende-eeuwse houten afwateringssluis van de Bergse Voorplas en Streksingel naar de Rotte, beschikken over tuinen met uitbundige hortensia's.
Achterzijde van de korenmolen De Vier Winden (Bergse Rechter Rottekade)
Terbregge, Bergse Linker Rottekade, gezien vanaf de Irenebrug
De korenmolen De Vier Winden bij zonsondergang vanaf de andere, rechter, Rotte-oever die hier merkwaardig genoeg "de linkerkade" heet.
vrijdag 24 juli 2009
Avondluchten & Roeien naar het stadhuis
Met de rug naar de Rotte, op een landtong in het Prinsemolenpark: bootaanlegsteigers en achtertuinen van de villa's langs de Straatweg, in de westelijke bocht van de Bergse Voorplas.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
ROEIEN OP DE BERGSCHE PLAS
's Zondags gaan de Rotterdammers schuitje varen voor de gein
Gaan ze, om es uit te wezen, gauw naar Freericks of Romeijn
In de hoekies en de gaatjes is die dan es even fijn
God weet hoeveel Rotterdammers of daar al geboren zijn
Refrein:
's Avonds als het donker wordt, ja dan is tie fijn
Want we roeien samen in de maneschijn
Op de Bergse Plas, op de Bergse Plas
Zijn de jongens en de meisjes in hun sas
Nette Tinus maakt met Kaatje, tegen donkeren, een toer
Tinus, die zal emmes roeien, Kaatje die zit aan het roer
En als Tinus nou al foetert: "Hou toch bakboord an daar, zeg"
Altijd komt ze met d'r schuitje stuurboord in het riet terecht
Refrein
Nette Tinus, die geeft Kaatje bovenop d'r toet een zoen
Kaatje, die roept: "Slechte jongen, Tinus, hou nou je fatsoen
Ga weer op je bankie zitten, want het maantje kijkt ons aan"
Tinus, die zegt in d'r oren dat de maan niet praten kan
Refrein
"Nette Tinus, hou je sjakies, nareling, ik schaam me dood
Als we strakkies gunder komme zijn me koontjes net zo rood"
"Kaatje, Kaatje, da's een praatje, ik heb de boot voor jou gehuurd
Ik wou rechtuit blijven roeien, maar jij hebt 'm in het riet gestuurd!"
Refrein
Meisjes, meisjes, weest voorzichtig, roei niet in de duisternis
Stap met Tinus in geen schuitje, wat geen huwelijksbootje is
's Avonds, in de stikkedonker, is het op de plas niet pluis
Meisjes, als je daar gaat varen, ga je misschien naar het stadhuis.
Refrein
Koos Speenhoff (1869-1945), liedtekst
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
zondag 19 juli 2009
Blaasmuziek en poëzie
De schuwste dichter van Nederland, Leo Herberghs (rechtsonder op de foto), wordt over enkele dagen 85 jaar.
Collega-dichters, schrijvers, uitgevers, vrienden, bekenden en familieleden overrompelden de letterkundige - een natuurmens, die weinig op heeft met persoonlijke aandacht en mediarumoer - zaterdag met een verrassing. Onder bijkans valse voorwenselen had men de jarige auteur en zijn echtgenote gisteren buiten hun woonplaats gelokt: naar het laatste stukje Nederland, het karakteristieke eenstraatsdorpje Rimburg (L.).
Het was drukkend warm en afgeladen vol in het plaatselijk feestlokaal. De dichter klom op een caféstoel om verzen voorlezend uit zijn nieuwste bundel Dit enigszins verstaanbaar te laten klinken. Naar goed zuidelijke traditie had de organisatie - wegens plaatsgebrek - bij de kegelbaan achter in het drankuitgiftelokaal gebak, vlaaien, overige lekkernijen en later weer soep en broodjes geparkeerd voor alle gasten.
Buiten, op straat, tussen terrasstoelen en tafeltjes, raakte het grensverkeer tussen Nederland en Duitsland gestremd door een aubade van een groep uitbundige blaasmuzikanten.
Ter versterking van de geest maakten de gasten aansluitend twee uur lang een wandeling door de omringende heuvels. In gezelschap van de 85-jarige dichter die, gewapend met zakparaplu, zo veel natuur en fraaie landschappen in zijn verzen stopt. De stille tocht ging door hellingbossen, over holle wegen, langs monumentale witte boerenhoeven, een naburig kasteel en het grensriviertje de Worm.
Het decor had, hoewel op kaarten officieel nog Nederlands grondgebied, weinig van doen meer met het bekende Hollandse vergezicht van de platte polder. De mensenhand heeft zich recent weinig aangetrokken van de oude geologische wetten die hier eens de naburige Ardennen en de Vulkaaneifel vormden. Na tal van oorlogen en oorlogjes met vreemde heersers werden in de jongste geschiedenis bovengronds willekeurig grenspalen neergezet, waardoor buren nu plotseling in Duitsland of België bleken te wonen.
Iedereen is immigrant, of om de dichter Leo Herberghs te citeren:
in bomen de wind
dommelend als
vogels
waarom gekomen
in zo lange mantel,
avondster?
(uit: Lessen in landschap, 1968)
Een van de voordrachten in de buitenlucht.
Op de rug gezien, met blauwe paraplu, de dichter en hoogleraar Wiel Kusters.
Kusters: "Is het jullie opgevallen hoe aandachtig de paarden in het weiland hiernaast meeluisterden? Ze draafden pas verder na het korte applaus, toen het voorlezen was afgelopen."
Op het landgoed van kasteel Rimburg, enkele meters over de grens in Duitsland.
Frans Budé, dichter en fotograaf
dinsdag 7 juli 2009
Afkoeling
maandag 6 juli 2009
Smirre
Amper zes weken oud, gered van de verdrinkingsdood bij een boer bezuiden Utrecht: Smirre
Drie weken eerder, in een naburig toevluchtsoord: Smirre en (onder) haar eveneens nog in leven gebleven broertjes. De beweeglijke diertjes zijn hier niet meer "overcompleet", maar ze hebben nog niet geleerd mooi stil voor de camera te zitten - wat in het opvanghuis leidt tot reeksen wazige foto's.
Smirre in zijn definitieve woonhuis, ergens in de stad Utrecht.
Smirre in bewegend beeld, op YouTube, als kindkatsterretje?
Bekijk vanaf augustus 2009: "Slow kitten attack".
Klik op deze link: http://www.youtube.com/watch?v=Nif5iIwYThE
Met dank aan Niels & Marjolijne
Abonneren op:
Posts (Atom)