De schuwste dichter van Nederland, Leo Herberghs (rechtsonder op de foto), wordt over enkele dagen 85 jaar.
Collega-dichters, schrijvers, uitgevers, vrienden, bekenden en familieleden overrompelden de letterkundige - een natuurmens, die weinig op heeft met persoonlijke aandacht en mediarumoer - zaterdag met een verrassing. Onder bijkans valse voorwenselen had men de jarige auteur en zijn echtgenote gisteren buiten hun woonplaats gelokt: naar het laatste stukje Nederland, het karakteristieke eenstraatsdorpje Rimburg (L.).
Het was drukkend warm en afgeladen vol in het plaatselijk feestlokaal. De dichter klom op een caféstoel om verzen voorlezend uit zijn nieuwste bundel Dit enigszins verstaanbaar te laten klinken. Naar goed zuidelijke traditie had de organisatie - wegens plaatsgebrek - bij de kegelbaan achter in het drankuitgiftelokaal gebak, vlaaien, overige lekkernijen en later weer soep en broodjes geparkeerd voor alle gasten.
Buiten, op straat, tussen terrasstoelen en tafeltjes, raakte het grensverkeer tussen Nederland en Duitsland gestremd door een aubade van een groep uitbundige blaasmuzikanten.
Ter versterking van de geest maakten de gasten aansluitend twee uur lang een wandeling door de omringende heuvels. In gezelschap van de 85-jarige dichter die, gewapend met zakparaplu, zo veel natuur en fraaie landschappen in zijn verzen stopt. De stille tocht ging door hellingbossen, over holle wegen, langs monumentale witte boerenhoeven, een naburig kasteel en het grensriviertje de Worm.
Het decor had, hoewel op kaarten officieel nog Nederlands grondgebied, weinig van doen meer met het bekende Hollandse vergezicht van de platte polder. De mensenhand heeft zich recent weinig aangetrokken van de oude geologische wetten die hier eens de naburige Ardennen en de Vulkaaneifel vormden. Na tal van oorlogen en oorlogjes met vreemde heersers werden in de jongste geschiedenis bovengronds willekeurig grenspalen neergezet, waardoor buren nu plotseling in Duitsland of België bleken te wonen.
Iedereen is immigrant, of om de dichter Leo Herberghs te citeren:
in bomen de wind
dommelend als
vogels
waarom gekomen
in zo lange mantel,
avondster?
(uit: Lessen in landschap, 1968)
Een van de voordrachten in de buitenlucht.
Op de rug gezien, met blauwe paraplu, de dichter en hoogleraar Wiel Kusters.
Kusters: "Is het jullie opgevallen hoe aandachtig de paarden in het weiland hiernaast meeluisterden? Ze draafden pas verder na het korte applaus, toen het voorlezen was afgelopen."
Op het landgoed van kasteel Rimburg, enkele meters over de grens in Duitsland.
Frans Budé, dichter en fotograaf
1 opmerking:
Een reactie posten